Introducing 

Prezi AI.

Your new presentation assistant.

Refine, enhance, and tailor your content, source relevant images, and edit visuals quicker than ever before.

Loading…
Transcript

cencuskiesrecht

Democratie

Kapitalisme

Handels en industrieel kapitalisme

Onder kapitalisme verstaan we economie waarin de grond en de bedrijven van de ondernemers zijn. Ondernemers willen met hun bedrijf een zo groot mogelijke winst maken. De belangrijkste kenmerken van het kapitalisme zijn:

De arbeider werkt in opdracht van een werkgever. De werkgever is de eigenaar van een of meer bedrijven. De werkgever is niet aanwezig. Dat wordt scheiding tussen kapitaal en arbeid genoemd.

De werkgever is een zakenman die het kapitaal heeft om grondstoffen, werktuigen en vervoermiddelen te betalen. Ook moet hij de mensen loon betalen.

De werkgevers proberen zo veel mogelijk winst te maken.

Dit hoort bij de industrialisatie omdat het met de fabrieken en industrie te maken had.

In de negentiende eeuw was het stemrecht gekoppeld aan de hoeveelheid belasting die iemand betaalde. Dit systeem wordt censuskiesrecht genoemd. Het hoort bij het socialisten, omdat de socialisten wouden dat er geen verschil was tussen arm en rijk. En dat was er wel door het censuskiesrecht. Want hoe meer census je betaalde hoe meer stemrecht je kreeg.

Democratie is een manier waarop je een land kunt besturen. In een democratie mag het volk bepalen wat er gebeurt. Het woord democratie betekent heerschappij van het volk. De liberalen wouden ook een land besturen.

Handels kapitalisme: Handels kapitalisme is een vorm van kapitalisme waarbij de winst door middel van de handel werd gemaakt. De werkgevers waren meestal kooplieden die via huisnijverheid producten lieten maken.

Industrieel kapitalisme: Industrieel kapitalisme is een latere vorm van kapitalisme waarbij de winst door industrie werd gemaakt. De belangrijkste werkgevers waren fabrikanten die in fabrieken producten lieten maken. Doordat er allemaal machines werden uitgevonden verdwenen rond de 18de eeuw de huisnijverheid en het ontstaan van fabrieken, waar arbeiders kwamen werken.

Vrijheid

Grondwet

Begrippenlijst

Industrialisatie

Dienstensector

Kinderarbeid

Vrijheid heeft verschillende betekenissen. Meestal bedoelen ze met vrijheid dat je kan doen wat je maar wilt. Je mag dan doen wat je maar wilt. je kan dan overal naar toe. Je maakt dan zelf je

beslissingen en

niemand

bemoeit zich daar dan

mee. De liberalen

wouden dat iedereen veel vrijheid had.

de grondwet is de basis van alle andere wetten, de wet die in grote lijnen het bestuur van een land bepaalt.

als mensen samenleven, moeten afspraken gemaakt worden over wat el en niet mag. dat moet omdat het anders lastig is om voor iedereen het leven leuk en veilig te maken. deze regels en afspraken noem je ook wel weten, en iedereen moet zich hieraan houden.

ook staat er in de grondwet dat er niet gediscrimineerd mag worden, en dat iedereen gelijk is. dit past dus goed bij het socialisme.

Liberalisme

Lieke van Dijk 2.5

Kinderen moesten werken in de tijd dat de fabrieken kwamen. Kinderen moesten net zoveel werk doen als volwassenen. Meestal moesten kinderen de klusjes doen waar de volwassenen niet bij konden, zoals onder een machine. Dit was erg gevaarlijk werk. De bazen van fabrieken hadden het liefst veel kinderen die werkte want die waren veel goedkoper.

In de steden nam het personeel in de dienstensector sterk toe. De mensen in de dienstensector maken niks tenminste niet zoals ze in de fabrieken deden. Zij verrichte diensten voor andere mensen. Voorbeelden van mensen die diensten verlenen zijn: de politie, doktoren, verpleegsters, leraren, mensen die in het huishouden werken.

Industrialisatie is de verandering van

de agrarische samenleven naar de

industriële samenleving. Dus van een

paar fabrieken naar heel veel fabrieken.

En van het leven op het land naar het

leven in de stad.

Het liberalisme werd rond de 19de eeuw de

belangrijkste stroming. Het liberalisme is een

politieke stroming. Het wil zorgen dat iedereen

op zoveel mogelijk gebieden vrijheid heeft.

Zoals godsdienst, meningsuiting en politieke

partij keuze.

Laissez faire

Individu

Liberalen wouden dat elke individu vrijheid had op ieder gebied. Een individu is een persoon, iemand die iets alleen doet.

Massaproductie

Productiemiddelen

Laissez faire is een Frans woord voor laat maar lopen. Het betekend dat het volk hun gang mag gaan. Als het dan uit de hand gaat lopen dan komt de politie of het leger helpen.

Bronnen

Toetsstof Havo-Vwo

http://les.canisius.nl/web/c3/pius industrielerevolutie/index.html

www.histotheek.nl

Filmpje Moodle Havo/vwo deel 1 wachtwoord: vahtorst

Filmpje Moodle Havo/vwo deel 2 wachtwoord: vathorst

Massaproductie is een productie systeem waarmee heel veel tegelijkertijd word geproduceerd.

Je had voor en nadelen.

voordelen

- massa productie gaat veel sneller dan huisnijverheid. veel meer kleding

- het werk is veel goedkoper.

- onderdelen kan je makkelijker

vervangen.

nadelen

- werk is heel eentonig die mensen

doen de hele dag hetzelfde

- het werk is heel zwaar.

- De mens gaat verloren je bent een

soort van onderdeel van een

machine. Je doet het de hele dag

lang en je voelt je niet echt een mens.

Een productiemiddel is iets wat je nodig hebt om een product te maken, elektriciteit op te wekken en het maken van dingen. In de industriële revolutie waren veel fabrieken in opkomst. In de fabrieken hadden ze machines nodig om producten van te kunnen maken. De machines

zijn dan productiemiddelen.

Een productiemiddel is dus

onmisbaar. Dit hoort bij de

industrialisatie omdat het

nodig was in de fabrieken.

vrouwenrechten

Marxisme

Vrouwenrechten zijn de rechten van een vrouw. Vroeger waren mannen en vrouwen niet gelijk.

De man had meer rechten. De vrouw werd gediscrimineerd. Vrouwenrechten gaan over dat ze onderwijs mogen volgen, mogen werken, er geen geweld mag zijn tegen de vrouwen, dat ze de baas zijn van hun eigen lichaam en dat ze niet uitgehuwelijkt mogen worden. Vrouwenrechten horen bij het socialisme omdat het socialisme wil dat iedereen gelijk is.

Marxisme is wetenschappelijk socialisme. Het is een theorie gebaseerd op het onderzoek van Karl Marx. Er kwam daarop uit dat er een rijke bevolkingsgroep is die alles in handen heeft. Die rijke bevolkingsgroep zijn meestal de bazen van een stad. Ook had je een arme bevolkingsgroep. Die hadden niks in handen en ze werden onderdrukt.Karl had dus zijn theorie gebaseerd op dat de armen zouden gaan vechten om ook meer rechten te krijgen. Dat noem je de klassenstrijd.

volkssoevereiniteit

Gelijkheid

Gelijkheid hoort bij het socialisme omdat zij willen dat iedereen gelijk is. Mannen en vrouwen, arm en rijk. Ook willen ze geen discriminatie. Ze willen dus geen verschil tussen de mensen. Ze

willen dat iedereen

gelijkwaardig is.

volkssoevereiniteit is dat het volk, als een geheel, het hoogste staat bij de staat.

dat betekend eigenlijk dat alle macht van de regering, parlement en rechters worden afgepakt en aan het gewone volk worden gegeven. in zo’n staat moet je jezelf een grondwet geven.

Het tegengestelde van volkssoevereiniteit is gids soevereiniteit. daar word de macht van de staat bedacht door god, dus bijvoorbeeld priesters enz. Dit hoort bij het socialisme omdat alle socialiste wouden dat iedereen gelijk was.

Socialisme

Het socialisme was een stroming die gelijkheid heel erg belangrijk vond. Ze wouden zorgen dat iedereen gelijk was.

Sociale wetten

Vakverenigingen

Sociale wetten zijn wetten die er zijn voor economisch of sociaal zwakkere mensen. Dit zijn bijvoorbeeld mensen die geen inkomen hebben of heel weinig. Deze wetten helpen ook mensen zonder onderdak en dat ze goed te eten en drinken krijgen. Deze wetten zijn dus ook voor arbeiders met een laag inkomen. Deze sociale wetten horen bij het socialisme omdat de wetten ervoor zorgen dat iedereen gelijk is.

volkssoevereiniteit is dat het volk, als een geheel, het hoogste staat bij de staat.

dat betekend eigenlijk dat alle macht van de regering, parlement en rechters worden afgepakt en aan het gewone volk worden gegeven. in zo’n staat moet je jezelf een grondwet geven.

Het tegengestelde van volkssoevereiniteit is gids soevereiniteit. daar word de macht van de staat bedacht door god, dus bijvoorbeeld priesters enz. Dit hoort bij het socialisme omdat alle socialiste wouden dat iedereen gelijk was.

Sociaal democraten

klassenstrijd

De mensen die veel macht hadden (heersende klassen) lieten de bevolking voor hun werken. Deze bevolking werd onderdrukte klassen genoemd. In de geschiedenis was er vaak een strijd tussen die twee klassen dat noemen ze klassenstrijd.

De socialiste wouden niet wachten tot het kapitalisme zou weg vallen. Dus ze moesten wat verzinnen. Ze wouden gebruik maken van democratie. Als de arbeiders kiesrecht kregen konden de marxistische partijen in het parlement komen door de meerderheid te krijgen. Als die dan aan de macht kwamen konden ze het kapitalisme afschaffen. Die mensen noemde zich Sociaal-democraten. Dit valt onder het socialisme omdat het socialiste waren die dit wouden.

Learn more about creating dynamic, engaging presentations with Prezi