Introducing 

Prezi AI.

Your new presentation assistant.

Refine, enhance, and tailor your content, source relevant images, and edit visuals quicker than ever before.

Loading…
Transcript

§6.1 'Brandstoffen in voeding'

(On)verzadigde vetzuren

Koolhydraten en vetten

Voor alles wat je doet, heb je energie nodig.

Om warm te blijven, om te sporten, huiswerk te maken, tv te kijken, enzovoort.

Die energie haalt je lichaam uit brandstoffen in je voedsel. De belangrijkste brandstoffen voor je lichaam zijn koolhydraten en vetten.

Er zijn verschillende vetzuren. We kunnen ze onderverdelen in verzadigde en onverzadigde vetzuren.

Verzadigde vetzuren zijn voornamelijk afkomstig van dierlijke vetten. Ze zijn bij kamertemperatuur vast. Denk maar aan roomboter. Te veel verzadigde vetzuren in je voeding is niet gezond, deze spelen namelijk een rol bij het dichtslibben van bloedvaten.

Vetzuren afkomstig van plantaardige voedingsstoffen zijn vaak onverzadigd. Zij zijn bij kamertemperatuur vloeibaar. Ergens in de koolstofketen zit een dubbele binding tussen twee koolstofatomen. Een onverzadigd vetzuur heeft daarom minder H-atomen in zijn molecuul dan een verzadigd vetzuur.

Mocht een vetzuur meerdere dubbele bindingen in zijn molecuul hebben zitten, dan spreken we van een meervoudig onverzadigd vetzuur. Een voorbeeld is linolzuur.

2

Vetten

Om energie vrij te maken, kan je lichaam ook vetten gebruiken. Vetten geven echter niet direct energie, maar moeten eerst worden afgebroken voordat het in het bloed wordt opgenomen.

Bij deze reactie ontstaan glycerol en vetzuren. Deze stoffen worden in het bloed opgenomen en naar de cellen getransporteerd om vervolgens gebruikt te worden als brandstof.

Koolhydraten

1

6 12 6 12 22 11

6 10 5 n

Koolhydraten bestaan uit koolstof, zuurstof en waterstof. Bekende voorbeelden zijn glucose, C H O , tafelsuiker, C H O (sacharose) en zetmeel, (C H O ) .

Koolhydraten zijn plantaardige stoffen. Planten maken met behulp van zonne-energie glucose uit koolstofdioxide en water. Deze reactie noemen we de fotosynthese.

Hierbij wordt zonne-energie opgeslagen als chemische energie die vrijkomt als

koolhydraten verbrandt worden in je

lichaam.

Glucose is een monomeer, ook wel een monosacharide genoemd.

Wanneer twee monosachariden aan elkaar gekoppeld worden, ontstaat een disacharide.

Suiker uit suikerriet (sacharose) is een voorbeeld van een disacharide.

In planten wordt met behulp van enzymen zetmeel en cellulose gevormd. Zetmeel en cellulose bestaan uit heel veel glucosemoleculen aan elkaar gekoppeld.

We noemen dit ook wel polysachariden.

Begrippen §1

brandstoffen

energiewaarde

fotosynthese

koolhydraten

meervoudig onverzadigd vetzuur

monosacharide

onverzadigd

verzadigd

vetten

Energiewaarde

Op een etiket van een levensmiddel staat altijd de energiewaarde vermeld. Dat is de hoeveelheid energie die vrijkomt als 100 g voedingsstoffen in je lichaam verbranden.

Die energie wordt uitgedrukt in de eenheid joule (J). Ook zie je vaak nog de eenheid calorie (cal) op verpakkingen staan. De calorie is een oudere eenheid voor energie. 1 cal = 4,18 J.

Jongens en meisjes tussen de 13 en 15 jaar hebben gemiddel 10.000 à 12.000 kJ energie per dag nodig. Dit lijkt veel, maar in bijvoorbeeld 100 gram paprikachips zit al bijna 2.200 kJ!!

ECG

62

bpm

Learn more about creating dynamic, engaging presentations with Prezi