- Referendum: een volksstemming waarbij burgers via de stembus hun mening geven over een voorstel.
- Democratie: letterlijk uit het Grieks, 'het volk heerst'.
- Dictaturen: landen waar de bevolking geen invloed heeft op het beleid van de overheid.
1) niet elke partij mag aan de verkiezingen deelnemen.
2) er is maar één partij
3) uitslagen worden vervalst
4) geen vrije pers
5) tegenstanders worden
opgesloten.
1) Er zijn regelmatig vrije en geheime verk
2) De grondrechten staan vast (vrijheid van meningsuiting, godsdienst, vereniging enz.)
3) Er is een onafhankelijke rechterlijke macht.
- Directe democratie: burgers beslissen direct over een onderwerp zoals bij een referendum.
- Indirecte democratie: we kiezen vertegenwoordigers die namens ons de beslissingen nemen.
- Parlement: de gekozen volksvertegenwoordiging (Staten-Generaal).
- Regering: de ministers en staatssecretarissen (kabinet).
- Vertrouwensregel: de regering moet het vertrouwen hebben van het parlement.
Sommige bevoegdheden zijn uitbesteed aan de Provincie of de Gemeente.
- Houdt zich bezig met de uitbreiding van steden.
- Bedrijven- en recreatieterreinen
- Wegen en kanalen
- Milieuwetten
- Verstrekken van subsidies.
- Maken bestemmingsplannen.
- Aanleg van rotondes of fietspaden.
- Paspoorten en rijbewijzen.
- Gemeentelijke voorzieningen (zwembad/sporthal)
- 1x in de 4 jaar kiezen wij de gemeenteraad. Het college van B&W zijn het dagelijkse bestuur en worden gecontroleerd door de gemeenteraad. De burgemeester is de voorzitter en verantwoordelijk voor de openbare orde.
+ Ingewikkelde kwesties zijn niet met ja of nee te beantwoorden.
- De elite bepaalt voor het volk.
- Doen de politici wel wat het volk wil (of wat ze het volk beloofd hebben)?
+ Minder gemeenten is goedkoper.
+ Hebben we nog wel 3 bestuurslagen nodig nu de EU zo veel macht heeft?
with Clients and Partners