Introducing
Your new presentation assistant.
Refine, enhance, and tailor your content, source relevant images, and edit visuals quicker than ever before.
Trending searches
VMBO 4
In basisstof 1 leer je over de samenstelling van het bloed.
Je leert onderscheid maken tussen de verschillende onderdelen en kan daarvan de functies benoemen.
Fibrinogeen:
grote rol bij bloedstolling
Voldoende water drinken!
Voedingsstoffen:
glucose, eiwitten, vetten
Hormonen:
geslachtshormonen, groeihormonen etc.
Bloedstolling
Immuunsysteem
Zuurstof vervoeren
Ontstaan uit stamcellen. Stamcellen worden in rood beenmerg gemaakt.
1 kubieke mm bloed bevat 5.000.000 rode bloedcellen.
Hebben geen celkern. Gaan na 4 maanden dood.
1 mm
Ze lijken op werthers originals. Platte schijfjes met in de midden een deuk.
Rode bloedcellen bevatten hemoglobine. Dit is een molecuul wat bestaat uit ijzer.
IJzer kan gemakkelijk zuurstof aan zich binden. Hierdoor vervoeren rode bloedcellen zuurstof.
Dode rode bloedcellen worden afgebroken door rood beenmerg, lever en milt.
Het ijzer wordt hergebruikt (nieuw hemoglobine) de rode bloedcellen verlaten je lichaam met de ontlasting. (bruine kleur van je poep)
Het 'leger' van je lichaam
1 kubieke mm bloed bevat 7.000 witte bloedcellen.
Hebben wel een celkern.
Kunnen veranderen van vorm, hierdoor kunnen ze door de wand van het bloedvat heen.
Maken ziekteverwekkers onschadelijk!
Type 1 in actie
verschillende soorten witte bloedcellen:
1. Sluiten ziekteverwekkers in en doden deze. w.bloedcel gaat vaak zelf ook dood. Je krijgt dan etter/pus.
2. Een ander type ruimt dode cellen op.
3. Een ander produceert antistoffen (ook histaminen) die de ziekteverwekker aanvallen.
Bloedplaatjes zijn geen cellen, maar delen/stukjes van cellen (die uit elkaar gevallen zijn)
1 kubieke mm bloed bevat 300.000 bloedplaatjes.
Hebben geen celkern.
Spelen een belangrijke rol bij de bloedstolling
Hieronder zie je hoe bloedplaatjes een kapot bloedvat dichtten.
2
1
3
6
4
5
Fibrinogeen uit bloedplasma wordt door chemische stoffen uit de bloedplaatjes omgezet in fibrinedraden. Fibrine vormt een soort vangnet waarin bloedcellen worden gevangen en zo een soort pleister vormt, binnenin het bloedvat.
Je leert het verschil tussen de kleine bloedsomloop en de grote bloedsomloop.
Je weet wat een dubbele bloedsomloop inhoudt.
Je leert de onderdelen van het hart benoemen en de werking ervan.
Hart en bloedvaten = bloedvatenstelsel
Grote en kleine bloedsomloop:
Kleine bloedsomloop:
hart (rechts) - longen - hart (links)
Grote bloedsomloop:
hart (links) - lichaam - hart (rechts)
Tijdens een totale omloop passeert het bloed twee keer het hart, daarom hebben zoogdieren een dubbele bloedsomloop.
langer, meer info
Kort, beetje info
Je leert in deze basisstof een aantal belangrijke bloedvaten in het lichaam te benoemen.
Je kunt onderscheid maken in bouw en werking van slagaders, aders en haarvaten
Aders:
- Dunne wand.
- Binnenzijde heeft kleppen zodat bloed niet terugstroomt.
- Lage bloeddruk.
- Bloed stroomt van organen af, naar het hart toe.
- Zuurstof arm bloed.
slagaders, aders en haarvaten
Haarvaten:
- Zeer dunne wand (1 cel dik).
- Stoffen kunnen worden uitgewisseld.
- Zuurstof, voedingsstoffen worden afgegeven.
- Afvalstoffen worden meegenomen (en afgegeven)
- Groot netwerk van haarvaten in organen.
- Lage bloeddruk.
Slagaders:
- Dikke gespierde wand.
- Gespierde wand ontspant en trekt samen (pols, hals)
- Gladde binnenzijde.
- Hoge bloeddruk.
- Bloed stroomt van het hart af, naar organen toe.
- Zuurstof rijk bloed.
Bijzonder: Het is een stukje tekst, maar lees dit wel goed door!!
De poortader neemt afval- en voedingsstoffen mee uit de dunne darm naar de lever. De poortader bevat dan zuurstof arm bloed, maar voedingstof en afvalstof rijk bloed.
De lever zuivert dit bloed vervolgens. Bijvoorbeeld na een koolhydraatrijke maaltijd. Dan slaat de lever veel glycogeen op (weinig glucose in bloed: glycogeen wordt door de lever omgezet in glucose zodat dit weer verbrand kan worden. )
Namen zijn gekoppeld aan het orgaan waar de slagader naar toe gaat of ader vandaan komt.
Bijvoorbeeld:
leverslagader, gaat naar de lever toe.
Leverader, is de ader die vanaf de lever richting hart gaat.
Blauw: Aders
Rood: Slagaders
Slagaders vervoeren zuurstof rijk en voedingsstof rijk bloed naar de organen en de lichaamscellen.
Aders vervoeren zuurstof arm bloed terug naar het hart. Zij nemen ook afvalstoffen zoals bijvoorbeeld CO2 mee.
Na kanker de belangrijkste doodsoorzaak in Nederland!
Je leert over het ontstaan en het ziektebeeld van de meest voorkomende hart- en vaatziekten en hoe deze te voorkomen.
Hoge en lage bloeddruk
Slagaderverkalking
Slagaderverkalking is de oorzaak van jarenlange beschadigingen aan de binnenzijde van de slagaders.
Witte bloedcellen 'maken' deze beschadigingen en hopen zich, samen met cholestorol (een soort vet) op in die beschadigingen. Dan ontstaan er zwellingen, ook wel vernauwingen genoemd.
Een lage bloeddruk is niet zorgwekkend. hooguit vervelend (duizelig).
Een hoge bloeddruk kan schade aan organen en bloedvaten geven (haarvaten staan onder spanning, kunnen knappen).
Als door slagaderverkalking een deel van het hart geen bloed meer krijgt, sterft dit deel af en spreken we van een hartinfarct.
Klachten in aanloop naar een hartinfarct
Bij een beroerte krijgt een deel van de hersenen door vaatvernauwing geen zuurstof meer. Dit noem je ook wel een herseninfarct.
Als een bloedvat in de hersenen knapt spreek je van een hersenbloeding. In beide gevallen sterft een deel van de hersenen af.
Stress, slecht eten, aangeboren, ouderdom, overgewicht kan een rol spelen.
Voorkomen is beter dan genezen!
Voor alle hart- en vaatziekten:
Eet gezond (niet teveel verzadigde vetten), beweeg elke dag minimaal 30 minuten, weinig alcohol, weinig zout.
De woorden sinusknoop, tachycardie, fibrileren hoef je niet te onthouden.
Je leert hoe lymfe en het lymfevatenstelsel samenwerkt met het bloedvatenstelsel.
Je leert waar het lymfestelsel voor is.
- Verschillende lymfeknopen.
- Lymfevaten (net als bloedvaten)
- Borstbuis en rechterlymfestam zijn de grootste en belangrijkste lymfevaten
Zuurstof en voedingstoffen worden door wand haarvat geperst.
Zo kan het tussen de
cellen door het
weefselvloeistof (ook wel
bekend als tussencelstof)
door naar de fijne
lymfevaten.
Vloeisof in lymfevat heet lymfe. In Lymfe worden o.a. afvalstoffen, CO2, antistoffen en hormonen vervoerd. Lymfe bestaat voorl uit water, eiwitten en witte bloedcellen.
Lymfevaten hebben net als aders kleppen aan de binnenkant.
Kleine vaten komen samen in grote lymfevaten. (borstbuis en rechterlymfestam)
Borstbuis en rechterlymfestam komen uit in de bovenste holle ader waarna de lymfe in de bloedsomloop terecht komt.
Lymfeknopen (oksels, hals, liezen) zuiveren lymfe van ziekteverwekkers. Deze worden weer afgevoerd zodat dit je lichaam kan verlaten.